Home ->Dictionaries ->Dutch/English ->Translate klaarzijn

Translate klaarzijn from Dutch to English

Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. klaarzijn:

Dutch

Detailed Translations for klaarzijn from Dutch to English

klaarzijn:

klaarzijn verb (ben klaar, bent klaar, was klaar, waren klaar, klaar geweest)

  1. klaarzijn (voltooid zijn)
    to be prepared; to be ready; be completed

Conjugations for klaarzijn:

o.t.t.
  1. ben klaar
  2. bent klaar
  3. bent klaar
  4. zijn klaar
  5. zijn klaar
  6. zijn klaar
o.v.t.
  1. was klaar
  2. was klaar
  3. was klaar
  4. waren klaar
  5. waren klaar
  6. waren klaar
v.t.t.
  1. ben klaar geweest
  2. bent klaar geweest
  3. is klaar geweest
  4. zijn klaar geweest
  5. zijn klaar geweest
  6. zijn klaar geweest
v.v.t.
  1. was klaar geweest
  2. was klaar geweest
  3. was klaar geweest
  4. waren klaar geweest
  5. waren klaar geweest
  6. waren klaar geweest
o.t.t.t.
  1. zal klaarzijn
  2. zult klaarzijn
  3. zal klaarzijn
  4. zullen klaarzijn
  5. zullen klaarzijn
  6. zullen klaarzijn
o.v.t.t.
  1. zou klaarzijn
  2. zou klaarzijn
  3. zou klaarzijn
  4. zouden klaarzijn
  5. zouden klaarzijn
  6. zouden klaarzijn
diversen
  1. ben klaar!
  2. bent klaar!
  5. klaar geweest
  6. klaar zijnd
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for klaarzijn:

VerbRelated TranslationsOther Translations
be completed klaarzijn; voltooid zijn
be prepared klaarzijn; voltooid zijn bereid zijn; klaarstaan
be ready klaarzijn; voltooid zijn af zijn; bereid zijn; klaar zijn; klaarliggen; klaarstaan







Your free, fast, and simple translation dictionary

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Page served in 0.0201 seconds
Page rendered in 1.0 seconds