Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. onnozelheid:
  2. onnozel:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for onnozelheid from Dutch to Swedish

onnozelheid:


onnozelheid form of onnozel:


Translation Matrix for onnozel:

NounRelated TranslationsOther Translations
oskyldig kuisheid; onbevlektheid; onbezoedeldheid; onschuldigheid; reinheid; zedigheid
ModifierRelated TranslationsOther Translations
dum achterlijk; afgestompt; breinloos; dom; geesteloos; hersenloos; idioot; onbenullig; onnozel; onverstandig; stompzinnig; stupide; verstandeloos dwaas; gek; gemeen; idioot; lullig; maf; min; onbezonnen; onzinnig; slecht; vals
dumt achterlijk; afgestompt; breinloos; dom; geesteloos; hersenloos; idioot; onbenullig; onnozel; onverstandig; stompzinnig; stupide; verstandeloos dom; dwaas; gek; gemeen; idioot; lullig; maf; min; onbezonnen; onverstandig; onzinnig; slecht; stom; suf; vals
idélös leeghoofdig; onbenullig; onnozel
idélöst leeghoofdig; onbenullig; onnozel
naiv naief; onnozel argeloos; naïef; simplistisch
oskyldig naief; onnozel onschuldig; schuldeloos; schuldloos
tjockskalligt achterlijk; afgestompt; breinloos; dom; geesteloos; hersenloos; idioot; onbenullig; onnozel; onverstandig; stompzinnig; stupide; verstandeloos dwaas; idioot; onbezonnen
tom i huvudet leeghoofdig; onbenullig; onnozel
trög achterlijk; afgestompt; breinloos; dom; geesteloos; hersenloos; idioot; onbenullig; onnozel; onverstandig; stompzinnig; stupide; verstandeloos flauwtjes; lijzig; log; loom; lui; stomp; traag; werkschuw
trögt achterlijk; afgestompt; breinloos; dom; geesteloos; hersenloos; idioot; onbenullig; onnozel; onverstandig; stompzinnig; stupide; verstandeloos flauwtjes; lijzig; log; loom; lui; stomp; traag; werkschuw; zouteloos

Related Words for "onnozel":


Wiktionary Translations for onnozel:


Cross Translation:
FromToVia
onnozel oviktig mineur — militaire|fr Qui concerne les mines.
onnozel naiv naïfnaturel, ingénu, sans fard, sans apprêt, sans artifice.