Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. brood roosteren:


Dutch

Detailed Translations for brood roosteren from Dutch to Swedish

brood roosteren:

brood roosteren verb (rooster brood, roostert brood, roosterde brood, roosterden brood, brood geroosterd)

  1. brood roosteren
    rosta bröd
    • rosta bröd verb (rostar bröd, rostade bröd, rostat bröd)

Conjugations for brood roosteren:

o.t.t.
  1. rooster brood
  2. roostert brood
  3. roostert brood
  4. roosteren brood
  5. roosteren brood
  6. roosteren brood
o.v.t.
  1. roosterde brood
  2. roosterde brood
  3. roosterde brood
  4. roosterden brood
  5. roosterden brood
  6. roosterden brood
v.t.t.
  1. heb brood geroosterd
  2. hebt brood geroosterd
  3. heeft brood geroosterd
  4. hebben brood geroosterd
  5. hebben brood geroosterd
  6. hebben brood geroosterd
v.v.t.
  1. had brood geroosterd
  2. had brood geroosterd
  3. had brood geroosterd
  4. hadden brood geroosterd
  5. hadden brood geroosterd
  6. hadden brood geroosterd
o.t.t.t.
  1. zal brood roosteren
  2. zult brood roosteren
  3. zal brood roosteren
  4. zullen brood roosteren
  5. zullen brood roosteren
  6. zullen brood roosteren
o.v.t.t.
  1. zou brood roosteren
  2. zou brood roosteren
  3. zou brood roosteren
  4. zouden brood roosteren
  5. zouden brood roosteren
  6. zouden brood roosteren
diversen
  1. rooster brood!
  2. roostert brood!
  3. brood geroosterd
  4. brood roosterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for brood roosteren:

VerbRelated TranslationsOther Translations
rosta bröd brood roosteren

Related Translations for brood roosteren