Dutch
Detailed Synonyms for inboezemen in Dutch
inboezemen:
-
inboezemen
Conjugations for inboezemen:
o.t.t.
- boezem in
- boezemt in
- boezemt in
- boezemen in
- boezemen in
- boezemen in
o.v.t.
- boezemde in
- boezemde in
- boezemde in
- boezemden in
- boezemden in
- boezemden in
v.t.t.
- heb ingeboezemd
- hebt ingeboezemd
- heeft ingeboezemd
- hebben ingeboezemd
- hebben ingeboezemd
- hebben ingeboezemd
v.v.t.
- had ingeboezemd
- had ingeboezemd
- had ingeboezemd
- hadden ingeboezemd
- hadden ingeboezemd
- hadden ingeboezemd
o.t.t.t.
- zal inboezemen
- zult inboezemen
- zal inboezemen
- zullen inboezemen
- zullen inboezemen
- zullen inboezemen
o.v.t.t.
- zou inboezemen
- zou inboezemen
- zou inboezemen
- zouden inboezemen
- zouden inboezemen
- zouden inboezemen
en verder
- is ingeboezemd
diversen
- boezem in!
- boezemt in!
- ingeboezemd
- inboezemend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze