Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. paddel:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for paddel from Dutch to French

paddel:

paddel [de ~ (m)] noun

  1. de paddel (schoep van een scheprad)
    l'ailette; la palette; l'aube; la pale

Translation Matrix for paddel:

NounRelated TranslationsOther Translations
ailette paddel; schoep van een scheprad
aube paddel; schoep van een scheprad 't aanbreken v.d. dag; aanbreken van de dag; dageraad; deemstering; halfdonker; morgenschemering; ochtendgloren; ochtendstond; schemer; schemerdonker; schemeren; schemering; schemerlicht; zonsopgang
pale paddel; schoep van een scheprad schroefblad
palette paddel; schoep van een scheprad palet; pallet; schilderspalet

Related Words for "paddel":

  • paddelen, paddels, paddeltje, paddeltjes

Wiktionary Translations for paddel:

paddel
noun
  1. planche fixée à la circonférence d’une roue

Cross Translation:
FromToVia
paddel pagaie; rame; aviron paddle — two-handed, single-bladed oar