Noun | Related Translations | Other Translations |
chillón
|
|
brulboei; schreeuwer; schreeuwlelijk
|
desierto
|
|
woestenij; woestijn
|
fuerte
|
|
citadel; deurslot; kasteel; ridderkasteel; ridderslot; slot; sterke kant; sterke zijde
|
furioso
|
|
razende
|
salvaje
|
|
robbedoes; wilde; wildebras
|
vivo
|
|
vluggerd
|
Modifier | Related Translations | Other Translations |
acre
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
doordringend; fel; felle; gevat; hanig; indringend; meedogenloos; pinnig; puntig; schel klinkend; scherp; scherp gepunt; scherpzinnig; schrander; slim; snedig; snibbig; uitgeslapen; vinnig; vlijmend; vlijmscherp; wreed
|
agresivo
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
aanvallend; agressief; bits; fel; felle; gebeten; gewelddadig; hanig; kattig; meedogenloos; offensief; onderdrukt; opgekropt; pinnig; scherp; snibbig; spinnig; verbeten; verkropt; vinnig; vlijmend; wreed
|
agudo
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
acuut; adrem; behendig; beklemmend; bekwaam; bijdehand; clever; doordringend; felle; gevat; handig; hard; hoog; indringend; intelligent; intens; intensief; kien; knellend; kundig; met een scherp oog; nauwlettend; nijpend; pienter; puntig; raak; schel; schel klinkend; scherp; scherp gepunt; scherpklinkend; scherpzinnig; schrander; schril; slim; smartelijk; snedig; snerpend; snugger; spits; uitgekookt; uitgeslapen; vaardig; vlijmend; vlijmscherp
|
amargado
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
bitter; bitterachtig; felle; gebeten; giftig; kwaad; nijdig; onderdrukt; opgekropt; verbeten; verkropt; woedend; zeer boos
|
apasionado
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
bezetene; fanatieke; fel; felle; fervent; gepassioneerd; grimmig; hartstochtelijk; heetbloedig; heetgebakerd; heftig; hevig; met hevige passie; naarstig; onbeheerst; onderdrukt; onstuimig; opgekropt; stormachtig; temperamentvol; verbeten; verkropt; verwoed; vurig; warmbloedig
|
brusco
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
abrupt; agressief; bits; bot; bruusk; eensklaps; fel; felle; gewelddadig; hanig; hard; hardhandig; ineens; kattig; kortaf; korzelig; meedogenloos; nors; onderdrukt; ongedacht; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvriendelijk; onzacht; opeens; opgekropt; pinnig; plots; plotseling; plotsklaps; ruw; scherp; schielijk; snauwend; snauwerig; snibbig; spinnig; verbeten; verkropt; vinnig; vlijmend; wreed; wrevelig; zonder omhaal
|
chillón
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
agressief; doordringend; felgekleurd; felle; gewelddadig; indringend; krijserig; op afgebeten toon; schel klinkend; scherp; schreeuwerig; schril; snijdend; vlijmend; vlijmscherp
|
cortante
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
behendig; bekwaam; bijtende; clever; felle; gevat; handig; kien; kundig; onderdrukt; opgekropt; pienter; scherp; scherpgerand; scherpzinnig; schrander; slim; snedig; snugger; uitgeslapen; vaardig; verbeten; verkropt; vlijmend; vlijmscherp
|
cáustico
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
bijtend; bijtende; bits; doordringend; fel; felle; gemeen; gierig; inbijtend; inhalig; invretend; inwerkend; kattig; krenterig; met sarcasme; onderdrukt; opgekropt; pinnig; sarcastisch; scherp; schraperig; spinnig; verbeten; verkropt; vlijmend; vlijmscherp; vrekkig
|
desierto
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
afgezonderd; desolaat; eenzaam; in quarantaine; onberaden; onbesuisd; ondoordacht; onnadenkend; uitgestorven; vereenzaamd; verlaten
|
empedernido
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
felle; grimmig; onderdrukt; onverbeterlijk; opgekropt; verbeten; verkropt
|
encarnizado
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
doordringend; felle; grimmig; heftig; indringend; onbeheerst; onderdrukt; onstuimig; opgekropt; schel klinkend; scherp; verbeten; verkropt; vlijmend; vlijmscherp
|
enconado
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
felle; grimmig; haatdragend; naarstig; onderdrukt; onverzoenlijk; opgekropt; rancuneus; verbeten; verkropt; verwoed; wraakzuchtig
|
estridente
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
doordringend; felle; grimmig; heftig; indringend; krijserig; onbeheerst; onderdrukt; onstuimig; opgekropt; opzichtig; protserig; schel klinkend; scherp; scherpklinkend; schreeuwerig; verbeten; verkropt
|
feroz
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
barbaars; beestachtig; boos; bruut; felle; furieus; gebeten; grimmig; inhumaan; kwaad; monsterlijk; moorddadig; moordzuchtig; nijdig; onberaden; onbesuisd; onderdrukt; ondoordacht; onmenselijk; onnadenkend; opgekropt; razend; spinnijdig; toornig; verbeten; verkropt; vertoornd; woest; wreed; ziedend
|
fuerte
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
blijvend; breed; dapper; degelijke; doordringend; duurzaam; duurzame; felle; ferm; fiks; flink; fors; fysiek sterk; grimmig; hard; hardop; heldhaftig; heroïsch; hoog; indringend; intens; intensief; keihard; kloek; krachtig; luid; massief; met een krachtige uitwerking; met hoge snelheid; moedig; moreel sterk; onderdrukt; onverschrokken; opgekropt; pittig; potig; robuust; schel; schel klinkend; scherp; schril; snerpend; solide; sterk; stevig; stevig gebouwd; stout; stoutmoedig; straf; struis; uit de kluiten gewassen; verbeten; verkropt; zwaar; zwaargebouwd
|
furioso
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
achterlijk; bitter; boos; dol; driftig; erg boos; furieus; gebeten; gek; geschift; gestoord; giftig; grimmig; hels; idioot; idioterig; kokend; krankjorum; krankzinnig; kwaad; laaiend; maf; mesjogge; niet goed snik; nijdig; razend; spinnijdig; stupide; tierend; toornig; verbeten; vergramd; vertoornd; woedend; woest; zeer boos; ziedend; zot
|
inhóspito
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
kaal; onbewoonbaar; ongastvrij; onherbergzaam; ruig; steriel
|
intenso
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
beslist; besluitvaardig; bezet; diep; diepgevoeld; doordringend; druk; drukbezet; felle; gedecideerd; grimmig; heftig; hevig; indringend; innig; intens; intensief; kordaat; nijpend; onbeheerst; onderdrukt; onstuimig; opgekropt; resoluut; schel klinkend; scherp; smartelijk; vastberaden; verbeten; verkropt
|
mordaz
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
bijtend; bijtende; doordringend; fel; felle; gemeen; grimmig; hanig; met sarcasme; onderdrukt; opgekropt; pinnig; sarcastisch; scherp; snibbig; verbeten; verkropt; vinnig; vlijmend; vlijmscherp
|
mordido
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
afgebeten; felle; gebeten; onderdrukt; opgekropt; verbeten; verkropt
|
rabioso
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
boos; driftig; felle; fervent; furieus; gebeten; kwaad; nijdig; onderdrukt; ontstoken; ontvlamd; opgekropt; razend; spinnijdig; toornig; verbeten; verkropt; vertoornd; vurig; woest; ziedend
|
resentido
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
felle; gebelgd; gebeten; haatdragend; misnoegd; onderdrukt; ontevreden; onverzoenlijk; opgekropt; rancuneus; verbeten; verkropt; wraakzuchtig; wrevelig
|
riguroso
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
bindend; dwingend; exact; felle; guur; hard; hardop; kil; luid; onvermurwbaar; precies; punctueel; rigoureus; stipt; streng; strikt; stringent
|
rudo
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
boos; chagrijnig; felle; furieus; grof; guur; kil; knorrig; korzelig; kwaad; laag-bij-de-grond; lomp; nijdig; nors; nurks; onderdrukt; ongetemd; opgekropt; plat; platvloers; razend; ruig; ruw; schofterig; schunnig; spinnijdig; toornig; verbeten; verkropt; vertoornd; vunzig; wild; woest; ziedend
|
salvaje
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
barbaars; beestachtig; bruut; inhumaan; monsterlijk; onderdrukt; onmenselijk; opgekropt; verbeten; verkropt; wreed
|
sañudo
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
felle; grimmig; onderdrukt; opgekropt; verbeten; verkropt
|
subido
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
onderdrukt; opgekropt; verbeten; verkropt
|
tajante
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
felle; onderdrukt; opgekropt; scherp; verbeten; verkropt; vlijmend; vlijmscherp
|
torvo
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
akelig; eng; felle; griezelig; grimmig; onderdrukt; opgekropt; sinister; verbeten; verkropt
|
vehemente
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
fel; felle; heftig; hevig; onbeheerst; onderdrukt; onstuimig; opgekropt; scherp; verbeten; verkropt; verwoed; vlijmend; vlijmscherp
|
vivo
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
achterbaks; actief; adrem; berekenend; bevredigd; beweeglijk; bezet; bij de pinken; bijdehand; blij; blijgestemd; blijmoedig; clever; doortrapt; druk; drukbezet; dynamisch; energiek; felle; fleurig; geagiteerd; gebloemd; gehaaid; gemeen; geniepig; genoeg; geraffineerd; geslepen; gevat; gewiekst; gis; gluiperig; goedgehumeurd; goedgeluimd; goochem; in leven; kien; kittig; kleurrijk; leep; levend; levendig; listig; ongeblust; opgetogen; opgewekt; pienter; raak; schrander; slim; slinks; sluw; snedig; snood; spits; stiekem; tevreden; uitgekookt; uitgeslapen; vergenoegd; verhit; verzadigd; voldaan; vrolijk; welgemoed; welgestemd
|
yermo
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
felle; onderdrukt; opgekropt; verbeten; verkropt
|
árido
|
bitter teleurgesteld; verbitterd
|
dor; droog; felle; onderdrukt; opgekropt; schraal; schriel; verbeten; verdord; verkropt
|