Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. neutjes:
  2. neut:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for neutjes from Dutch to Spanish

neutjes:

neutjes [znw.] noun

  1. neutjes (borrels)
    la copas; el traguitos

Translation Matrix for neutjes:

NounRelated TranslationsOther Translations
copas borrels; neutjes bloemkronen; borrels; coupes; kelken; kommetjes; neuten; staande recepties
traguitos borrels; neutjes borrelglas; borrels; glaasjes; kleine glazen; staande recepties

Related Words for "neutjes":


neutjes form of neut:

neut [de ~ (v)] noun

  1. de neut (borrel)
    el aperitivo; el traguito; la copita; el trago; la copa de aguardiente

Translation Matrix for neut:

NounRelated TranslationsOther Translations
aperitivo borrel; neut aperitief; borrel; borreltje; hartversterking; opkikker; opkikkertje
copa de aguardiente borrel; neut oorlam
copita borrel; neut borrel; glaasje jenever; kelkje; oorlam; staande receptie
trago borrel; neut dronk; oorlam; slok; teug
traguito borrel; neut kleine slok; oorlam; slokje
- borrel

Related Words for "neut":


Synonyms for "neut":


Related Definitions for "neut":

  1. drankje met alcohol1
    • nemen we nog een neut?1

Wiktionary Translations for neut:

neut
noun
  1. een glaasje sterke drank ebank|neutje (borrel)