Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. drachtig zijn:


Dutch

Detailed Translations for drachtig zijn from Dutch to Spanish

drachtig zijn:

drachtig zijn verb (ben drachtig, bent drachtig, is drachtig, was drachtig, waren drachtig, drachtig geweest)

  1. drachtig zijn

Conjugations for drachtig zijn:

o.t.t.
  1. ben drachtig
  2. bent drachtig
  3. is drachtig
  4. zijn drachtig
  5. zijn drachtig
  6. zijn drachtig
o.v.t.
  1. was drachtig
  2. was drachtig
  3. was drachtig
  4. waren drachtig
  5. waren drachtig
  6. waren drachtig
v.t.t.
  1. ben drachtig geweest
  2. bent drachtig geweest
  3. is drachtig geweest
  4. zijn drachtig geweest
  5. zijn drachtig geweest
  6. zijn drachtig geweest
v.v.t.
  1. was drachtig geweest
  2. was drachtig geweest
  3. was drachtig geweest
  4. waren drachtig geweest
  5. waren drachtig geweest
  6. waren drachtig geweest
o.t.t.t.
  1. zal drachtig zijn
  2. zult drachtig zijn
  3. zal drachtig zijn
  4. zullen drachtig zijn
  5. zullen drachtig zijn
  6. zullen drachtig zijn
o.v.t.t.
  1. zou drachtig zijn
  2. zou drachtig zijn
  3. zou drachtig zijn
  4. zouden drachtig zijn
  5. zouden drachtig zijn
  6. zouden drachtig zijn
diversen
  1. ben drachtig!
  2. drachtig geweest
  3. drachtig zijnd
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for drachtig zijn:

VerbRelated TranslationsOther Translations
estar preñado drachtig zijn

External Machine Translations:

Related Translations for drachtig zijn