Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. overplaatsing:


Dutch

Detailed Translations for overplaatsing from Dutch to English

overplaatsing:

overplaatsing [de ~ (v)] noun

  1. de overplaatsing
    the transfer; the mutation; the switch-over; the change

Translation Matrix for overplaatsing:

NounRelated TranslationsOther Translations
change overplaatsing amendement; amendering; hervorming; herziening; inruil; keer; keerpunt; kentering; kleingeld; modificatie; mutatie; ombuiging; omkeer; ommekeer; ommezwaai; omruil; omruiling; omschakeling; omwisselen; omwisseling; overstap; richtingsverandering; ruil; ruiling; ruiltransactie; transformatie; uitwisseling; veranderen; verandering; verruiling; verwisseling; wending; wijzigen; wijziging; wisselgeld; wisseling
mutation overplaatsing mutatie; muteren; veranderen; verandering
switch-over overplaatsing overstap; verruiling
transfer overplaatsing cessie; doorgifte; doorverbinden; gegevensoverdracht; overboeking; overdracht; overmaking; overschrijving; overstap; overstapstation; transport; verruiling; verzending; vrachtvervoer; wegtransport; wegvervoer
VerbRelated TranslationsOther Translations
change afwisselen; amenderen; andere kleren aantrekken; hernieuwen; herzien; inwisselen; krom buigen; modificeren; ombuigen; omkleden; omruilen; omwerken; omwisselen; opnieuw doen; overdoen; overstappen; ruilen; veranderen; verbuigen; verkleden; verruilen; verwisselen; wijzigen; wisselen
transfer afdragen; anders boeken; disloqueren; geld overmaken; overboeken; overbrengen; overdragen aan; overplaatsen; overschrijven; overzenden; overzetten; roeren; standplaats veranderen; transponeren; verleggen; verplaatsen; verschikken; verschuiven; vervoeren; verzetten

Related Words for "overplaatsing":

  • overplaatsingen

External Machine Translations: