Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. kneuswond:


Dutch

Detailed Translations for kneuswond from Dutch to English

kneuswond:

kneuswond [znw.] noun

  1. kneuswond (kneuzing; letsel; bult; buil)
    the contusion; the bruise

Translation Matrix for kneuswond:

NounRelated TranslationsOther Translations
bruise buil; bult; kneuswond; kneuzing; letsel bobbel; bolling; buil; bult; dikte; kwetsuur; letsel; opgezwollen plek; steenpuist; zwelling
contusion buil; bult; kneuswond; kneuzing; letsel
VerbRelated TranslationsOther Translations
bruise bezeren; blesseren; deren; kneuzen; krenken; kwetsen; schaden; verwonden

Related Words for "kneuswond":

  • kneuswonden

External Machine Translations: