Summary
Spanish to Dutch: more detail...
-
frescura:
- koude; kou; versheid; frisheid; kilte; koelte; afstandelijkheid; gereserveerdheid; koelheid; onbeschoftheid; vrijpostigheid; impertinentie; onbeschaamdheid; brutaliteit; kilheid; onbeschroomdheid; schaamteloosheid; inbeelding; verwaandheid; zelfverheffing; indiscretie; laatdunkendheid; onkiesheid; onwelgevoegelijkheid
Spanish
Detailed Translations for frescura from Spanish to Dutch
frescura:
-
la frescura (frío; resfrío; frescor; fresco)
-
la frescura (frescor)
-
la frescura (frescor; fresco)
-
la frescura (aire de distancia; frío; distancia)
-
la frescura (impertinencia; descaro; grosería; desfachatez; desenvoltura; desplante; insolencia; desvergüenza; descoco)
-
la frescura (frescor; frío; frialdad; indiferencia; estremecimiento; esquivez; frío húmedo)
-
la frescura (frescor; resfrío; frío)
-
la frescura (descortesía; descaro; impertinencia; desfachatez; desenvoltura; desplante; insolencia; descoco)
-
la frescura (descaro; grosería; impertinencia; desfachatez; desvergüenza; indecencia)
de onbeschoftheid; de schaamteloosheid; de inbeelding; de verwaandheid; de zelfverheffing; de onbeschaamdheid; de indiscretie; de laatdunkendheid; de onkiesheid; onwelgevoegelijkheid
Translation Matrix for frescura:
Related Words for "frescura":
Synonyms for "frescura":
External Machine Translations: