Summary
German to Dutch: more detail...
- Attest:
-
Wiktionary:
- Attest → oorkonde, certifikaat, certificaat, attest, verklaring
- Attest → bewijs, blijk, teken, merkteken, wenk, adstructie, attest, certificaat, getuigenis, getuigschrift, testimonium, verklaring, getuigenverklaring
German
Detailed Translations for Attest from German to Dutch
Attest:
-
Attest (Gesundheitsattest; Gesundheitszeugnis)
Translation Matrix for Attest:
Noun | Related Translations | Other Translations |
attest | Attest; Gesundheitsattest; Gesundheitszeugnis | Anmerkung; Notiz; Vermerk; attest |
gezondheidsattest | Attest; Gesundheitsattest; Gesundheitszeugnis | |
medisch attest | Attest; Gesundheitsattest; Gesundheitszeugnis |
Synonyms for "Attest":
Wiktionary Translations for Attest:
Attest
Cross Translation:
noun
Attest
-
Medizin: eine ärztliche Bescheinigung oder ein Gesundheitszeugnis
- Attest → oorkonde; certifikaat; certificaat
noun
-
schriftelijk bewijs
-
een schriftelijk bewijs
-
schriftelijk stuk
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• Attest | → bewijs; blijk; teken; merkteken; wenk; adstructie; attest; certificaat; getuigenis; getuigschrift; testimonium; verklaring; getuigenverklaring | ↔ témoignage — action de témoigner ; rapport d’un ou de plusieurs témoins sur un fait, soit de vive voix, soit par écrit. |