Home
Dictionaries
Word Fun
About
Feedback
In Nederlands
Home
->
Dictionaries
->
Dutch/Dutch
->Translate stangen
Synonyms for
stangen
in Dutch
Search
Remove Ads
Summary
Dutch Synonyms:
more detail...
stangen:
uitdagen
;
pesten
;
plagen
;
treiteren
;
tarten
;
stangen
;
jennen
;
zieken
;
sarren
;
tergen
stang:
staaf
;
baton
;
stang
;
stok
;
staf
Dutch
Detailed Synonyms for
stangen
in Dutch
stangen:
stangen
verb
stangen
uitdagen
;
pesten
;
plagen
;
treiteren
;
tarten
;
stangen
;
jennen
;
zieken
;
sarren
;
tergen
uitdagen
verb
(daag uit, daagt uit, daagde uit, daagden uit, uitgedaagd)
pesten
verb
(pest, pestte, pestten, gepest)
plagen
verb
(plaag, plaagt, plaagde, plaagden, geplaagd)
treiteren
verb
(treiter, treitert, treiterde, treiterden, getreiterd)
tarten
verb
(tart, tartte, tartten, getart)
stangen
verb
jennen
verb
(jen, jent, jende, jenden, gejend)
zieken
verb
(ziek, ziekt, ziekte, ziekten, geziekt)
sarren
verb
(sar, sart, sarde, sarden, sarde)
tergen
verb
(terg, tergt, tergde, tergden, getergd)
Related Words for "stangen":
stang
stangen
form of
stang
:
stang
[
de ~
]
noun
de stang
de
staaf
;
de
baton
;
de
stang
;
de
stok
;
de
staf
staaf
[
de ~
]
noun
baton
[
de ~ (m)
]
noun
stang
[
de ~
]
noun
stok
[
de ~ (m)
]
noun
staf
[
de ~ (m)
]
noun
de stang
– lange dunne staaf van metaal
1
de
stang
– lange dunne staaf van metaal
1
stang
[
de ~
]
noun
het kind zat op de stang van zijn vaders fiets
1
Related Words for "stang":
stangen
Related Definitions for "stang":
lange dunne staaf van metaal
1
het kind zat op de stang van zijn vaders fiets
1
1
Muiswerk Woordenboek
Remove Ads
Remove Ads