Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. een inbraak doen:


Dutch

Detailed Translations for een inbraak doen from Dutch to French

een inbraak doen:

een inbraak doen verb

  1. een inbraak doen (inbreken; beroven; binnen breken)
    cambrioler; dépouiller; dévaliser
    • cambrioler verb (cambriole, cambrioles, cambriolons, cambriolez, )
    • dépouiller verb (dépouille, dépouilles, dépouillons, dépouillez, )
    • dévaliser verb (dévalise, dévalises, dévalisons, dévalisez, )

Translation Matrix for een inbraak doen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
cambrioler beroven; binnen breken; een inbraak doen; inbreken binnenbreken
dépouiller beroven; binnen breken; een inbraak doen; inbreken afhalen; afstropen; beroven; bestelen; iets uitschudden; leegplunderen; plunderen; roven; stropen; uitbenen; uitkleden; uitplunderen; van kleding ontdoen; villen
dévaliser beroven; binnen breken; een inbraak doen; inbreken beroven; bestelen; leeghalen; leegplunderen; plunderen; roven; uitknijpen; uitpersen; uitplunderen; uitzuigen

Related Translations for een inbraak doen