Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. meedragen:


Dutch

Detailed Translations for meedragen from Dutch to Spanish

meedragen:

meedragen verb

  1. meedragen (wegdragen; afvoeren; wegvoeren; wegslepen; wegsjouwen)

Translation Matrix for meedragen:

NounRelated TranslationsOther Translations
llevarse wegleiden
VerbRelated TranslationsOther Translations
llevarse afvoeren; meedragen; wegdragen; wegsjouwen; wegslepen; wegvoeren achteruitgaan; afnemen; beroven van; declineren; depriveren; minder worden; ontnemen; te kort doen