Summary
Dutch to Spanish: more detail...
- raad:
- raden:
-
Wiktionary:
- raad → consejo
- raad → consejo, comité, junta, buró, concejo, exhortación, admonición, advertencia
- raden → adivinar, acertar
- raden → conjetura, aconsejar, adivinar
-
User Contributed Translations for raad:
- consejos
Dutch
Detailed Translations for raad from Dutch to Spanish
raad:
-
de raad (raadgeving; advies)
-
de raad (adviesraad)
Translation Matrix for raad:
Noun | Related Translations | Other Translations |
aconsejo | advies; raad; raadgeving | |
asesoramiento | advies; raad; raadgeving | consult; consultatie; raadpleging |
consejo | adviesraad; raad | |
consulta | advies; raad; raadgeving | artsenpraktijk; bezoektijd; bezoekuur; consult; consultatie; ervaring; praktijk; query; raadpleging; routine; ruggespraak; spreekkamer; spreekuur |
opinión | adviesraad; raad | aanhaling; articulatie; begrip; benul; beschouwing; bewustzijn; brein; citaat; denkbeeld; doorzicht; dunk; ellips; gedachte; gezichtspunt; gezindheid; het uitspreken; idee; interpretatie; inzicht; kijk; lezing; mening; meningsuiting; mentale voorstelling; oordeel; oordeelvelling; opinie; opvatting; overtuiging; quote; rede; standpunt; uitlating; uitspraak; vaststaande mening; verstand; visie; vonnis; zienswijze |
- | advies |
Related Words for "raad":
Synonyms for "raad":
Related Definitions for "raad":
Wiktionary Translations for raad:
raad
Cross Translation:
noun
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• raad | → consejo | ↔ advice — opinion recommended or offered, as worthy to be followed; counsel |
• raad | → comité; consejo; junta; buró | ↔ board — committee |
• raad | → concejo | ↔ council — committee that leads or governs |
• raad | → exhortación; admonición; advertencia; consejo | ↔ conseil — Traductions à trier suivant le sens |
raad form of raden:
-
raden (gissing maken; gissen)
adivinar; especular; conjeturar; estimar; presumir; hacer conjeturas; suponer; barruntar; presuponer-
adivinar verb
-
especular verb
-
conjeturar verb
-
estimar verb
-
presumir verb
-
hacer conjeturas verb
-
suponer verb
-
barruntar verb
-
presuponer verb
-
-
raden (iets aanraden; adviseren; suggereren; ingeven)
sugerir; proponer; adivinar; presentar; representar; hacer conjeturas; inspirar; pintar; provocar; estimar; conjeturar; appreciar-
sugerir verb
-
proponer verb
-
adivinar verb
-
presentar verb
-
representar verb
-
hacer conjeturas verb
-
inspirar verb
-
pintar verb
-
provocar verb
-
estimar verb
-
conjeturar verb
-
appreciar verb
-
Conjugations for raden:
o.t.t.
- raad
- raadt
- raadt
- raden
- raden
- raden
o.v.t.
- ried
- ried
- ried
- rieden
- rieden
- rieden
v.t.t.
- heb geraden
- hebt geraden
- heeft geraden
- hebben geraden
- hebben geraden
- hebben geraden
v.v.t.
- had geraden
- had geraden
- had geraden
- hadden geraden
- hadden geraden
- hadden geraden
o.t.t.t.
- zal raden
- zult raden
- zal raden
- zullen raden
- zullen raden
- zullen raden
o.v.t.t.
- zou raden
- zou raden
- zou raden
- zouden raden
- zouden raden
- zouden raden
en verder
- ben geraden
- bent geraden
- is geraden
- zijn geraden
- zijn geraden
- zijn geraden
diversen
- raad!
- raadt!
- geraden
- radend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for raden:
Wiktionary Translations for raden:
raden
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• raden | → conjetura | ↔ guess — prediction about the outcome of something |
• raden | → aconsejar | ↔ conseiller — Indiquer à quelqu’un ce qu’il doit faire ou ne doit pas faire. (Sens général). |
• raden | → adivinar | ↔ deviner — prédire ce qui doit arriver, découvrir, par des sortilèges, ce qui cacher. |