Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. kit:
  2. kitten:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for kit from Dutch to English

kit:

kit [de ~] noun

  1. de kit (kolenkit; kolenemmer; kolenbak)
    the coal-scuttle; the jug
  2. de kit (lijm; kleefstof; plak; plaksel)
    the adhesive; the glue; the patina; the deposit

kit

  1. kit (kitartikel)
    the kit; the kit item
    – A single item with an item number that consists of one or more component items from inventory or a product catalog. 1

Translation Matrix for kit:

NounRelated TranslationsOther Translations
adhesive kit; kleefstof; lijm; plak; plaksel kleefmiddel; kleefpasta; plakmiddel
coal-scuttle kit; kolenbak; kolenemmer; kolenkit
deposit kit; kleefstof; lijm; plak; plaksel aanbetaling; afzetsel; belegging; bezinksel; deposito; depot; drab; droesem; geldbelegging; grondsop; grondsoppen; inleg; investering; minimum inleg; residu; sediment; statiegeld; storting; zetsel
glue kit; kleefstof; lijm; plak; plaksel kleefmiddel; kleefpasta; plakmiddel
jug kit; kolenbak; kolenemmer; kolenkit kan; kannetje; kroes; kruik; lampetkan; lampetkom; pul; schenkkan; schenkkannetje
kit kit; kitartikel benodigde; monstering; outfit; outillage; toerusting; uitmonstering; uitrusting; uitrustingsstuk; uitrustingsstukken; uitzet; versiering
kit item kit; kitartikel
patina kit; kleefstof; lijm; plak; plaksel
VerbRelated TranslationsOther Translations
deposit aanbetalen; bijstorten; deponeren; geld overmaken; in bewaring geven; leggen; neerleggen; neerzetten; op rekening storten; overboeken; overschrijven; overzenden; plaatsen; stationeren; storten; zetten
glue aan elkaar hangen; aan elkaar kleven; aaneenplakken; hechten; iets vastkleven; kitten; kleven; klitten; lijmen; opplakken; plakken; vasthechten; vastkleven; vastlijmen; vastplakken
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
adhesive klevend

Related Words for "kit":


Wiktionary Translations for kit:

kit
noun
  1. substance for filling and/or sealing
  2. derogatory slang for police officer
  3. material used to seal a surface so as to prevent passage of a fluid

Cross Translation:
FromToVia
kit kit kitpanoplie, fourniment ou attirail. note L'usage de ce terme est critiqué par l'OQLF puisqu'il s'agit d'un calque sur l'anglais ; on devrait plutôt utiliser équipement.

kit form of kitten:

kitten verb (kit, kitte, kitten, gekit)

  1. kitten
    to glue
    • glue verb (glues, glued, glueing)

Conjugations for kitten:

o.t.t.
  1. kit
  2. kit
  3. kit
  4. kitten
  5. kitten
  6. kitten
o.v.t.
  1. kitte
  2. kitte
  3. kitte
  4. kitten
  5. kitten
  6. kitten
v.t.t.
  1. heb gekit
  2. hebt gekit
  3. heeft gekit
  4. hebben gekit
  5. hebben gekit
  6. hebben gekit
v.v.t.
  1. had gekit
  2. had gekit
  3. had gekit
  4. hadden gekit
  5. hadden gekit
  6. hadden gekit
o.t.t.t.
  1. zal kitten
  2. zult kitten
  3. zal kitten
  4. zullen kitten
  5. zullen kitten
  6. zullen kitten
o.v.t.t.
  1. zou kitten
  2. zou kitten
  3. zou kitten
  4. zouden kitten
  5. zouden kitten
  6. zouden kitten
en verder
  1. is gekit
diversen
  1. kit!
  2. kit!
  3. gekit
  4. kittend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for kitten:

NounRelated TranslationsOther Translations
glue kit; kleefmiddel; kleefpasta; kleefstof; lijm; plak; plakmiddel; plaksel
VerbRelated TranslationsOther Translations
glue kitten aan elkaar hangen; aan elkaar kleven; aaneenplakken; hechten; iets vastkleven; kleven; klitten; lijmen; opplakken; plakken; vasthechten; vastkleven; vastlijmen; vastplakken

Related Words for "kitten":


Wiktionary Translations for kitten:

kitten
noun
  1. A young cat
verb
  1. to seal joints with caulk

Cross Translation:
FromToVia
kitten kitten chaton — Petit chat