Home ->Dictionaries ->Dutch/English ->Search: waterpot

Dutch and English Translation Search Results for waterpot

Summary

Dutch to English: more detail...

waterpot:
- Wiktionary:
  waterpot → chamber pot

Dutch

Detailed Translations for waterpot from Dutch to English

waterpot: ^{(*Using Word and Sentence Splitter)}

water: water
pot: dyke; dike; lesbian; hold; vessel; barrel; butt; pan; bucket; drum; vat; pail; tub; cask; set; match; play; competition; contest; game; pool; stakes; wee-wee; cash for playing; pot; casserole; saucepan; chamber pot; stewpan; cooking-pot; stew-pan; stewing-pan
wateren: pee; urinate; pass water

Spelling Suggestions for: waterpot

waterput; waterloop; waterpas; waterproef; waterhoen; watert; waterpeil; waterski; waterstof; water af

Wiktionary Translations for waterpot:

Cross Translation:

From	To	Via
• waterpot	→ chamber pot	↔ pot de chambre — vase, seau, que l’on utilise la nuit pour faire ses besoins.

External Machine Translations:

English

Detailed Translations for waterpot from English to Dutch

waterpot: ^{(*Using Word and Sentence Splitter)}

water: water; sproeien; bevochtigen; bespuiten; huilen; tranen; tranen afscheiden; besproeien; water geven; begieten; drenken; te drinken geven; bevloeien; irrigeren
pot: lesbienne; potten; hamsteren; oppotten; opzij leggen; pot; kookpot; wiet; hennep; stuff; weed; marihuana; wied; ganja

Spelling Suggestions for: waterpot

waterpower; waterproof; waterway; water; water jar; watermark; water jug; water-pipe; waterside; waters

External Machine Translations: