Home ->Dictionaries ->Dutch/English ->Search: bezig zijn

Dutch and English Translation Search Results for bezig zijn

Summary

Dutch to English: more detail...

bezig zijn:
- Wiktionary:
  bezig zijn → produce, operate, impact, impinge, work, avail, affect, act, take action, move
- User Contributed Translations for bezig zijn:
  being busy, to be busy, be busy, busy, be occupied

Dutch

Detailed Translations for bezig zijn from Dutch to English

bezig zijn: ^{(*Using Word and Sentence Splitter)}

bezig: busy; humming; busily; active; working; laborious; operative; industrious; actively; hard-working; at work; industriously
bezigen: practice; take; handle; employ; utilize; practise; make use of; utilise; apply; use
zijn: be; dwell; reside; hang out; exist; its; his; one's; life; being; existence; path of life

Spelling Suggestions for: bezig zijn

bezet zijn; bang zijn; bezigheden; bokkig zijn; borg zijn; bereid zijn; bezigen; bezigden; bewustzijn

Wiktionary Translations for bezig zijn:

Cross Translation:

From	To	Via
• bezig zijn	→ produce; operate; impact; impinge; work; avail; affect; act; take action; move	↔ opérer — accomplir une œuvre, produire un effet.

User Contributed Translations:

Word	Translation	Votes
bezig zijn	being busy	15
bezig zijn	to be busy	11
bezig zijn	be busy	5
bezig zijn	busy	4
bezig zijn	be occupied	4

External Machine Translations:

Related Translations for bezig zijn