Summary
Spanish to Dutch:   more detail...
  1. Trinidad:
  2. Wiktionary:


Spanish

Detailed Translations for trinidad from Spanish to Dutch

Trinidad:

Trinidad [la ~] noun

  1. la Trinidad
    de Drievuldigheid

Translation Matrix for Trinidad:

NounRelated TranslationsOther Translations
Drievuldigheid Trinidad

Wiktionary Translations for Trinidad:

Trinidad
noun
  1. religie|nld de eenheid van God in de christelijke religie in drie personen: God de Vader, God de Zoon en God de Heilige Geest
proper noun
  1. het grootste eiland van Trinidad en Tobago
  2. de hoofdstad van het Boliviaans departement Beni


Wiktionary Translations for trinidad:

trinidad
noun
  1. drie zaken of personen die samen een eenheid vormen

Cross Translation:
FromToVia
trinidad drievuldigheid Trinity — Christianity: three persons of the Godhead
trinidad drievuldigheid trinité — Trois-en-un de la chrétienté