German
Detailed Translations for Aufbauarbeiten from German to Dutch
Aufbauarbeiten: (*Using Word and Sentence Splitter)
- Aufbau: opbouwen; bouw; constructie; samengesteld geheel; samenstelling; organisatie; opbouw; systeem; structuur; ordening; indeling; opstelling; arrangement; schikking; rangschikking; bovenbouw; gebouw; pand; bouwwerk; weefsel; geweven stof
- arbeiten: werken; arbeiden; leven; optreden; handelen; opereren; manipuleren; te werk gaan; procederen
- Arbeiten: werkzaamheden; werken; functioneren
Spelling Suggestions for: Aufbauarbeiten
Wiktionary Translations for Aufbauarbeiten:
Aufbauarbeiten
noun
-
het opbouwproces
External Machine Translations: